In dit lestraject leer je eenvoudige veeltermen optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en herleiden.
In dit traject leer je de basis van werken met matrices. Er wordt uitgelegd hoe je een matrix moet opstellen en hoe je een stelsel kan omzetten naar de matrix. Je leert ook hoe je een matrices met elkaar optelt en hoe je een matrix vermenigvuldigt met een reëel getal.
Dit traject overloopt de eigenschappen van de bewerkingen met matrices. Je moet al wel bekend zijn met het optellen en vermenigvuldigen van matrices. Dit traject bespreekt hoe het zit met de commutativiteit, associativiteit en distributiviteit van die bewerkingen.
In dit traject leer je ook hoe je een matrix transponeert. Veel succes!